

In het wapen van Sulmona staan de letters S.M.P.E.: ‘Sulmo mihi Patria est’ (Sulmona is mijn geboortestad). Het zijn de woorden van de beroemde Romeinse dichter Publius Ovidius Naso, kortweg Ovidius, die hier in 43 v. Chr. werd geboren.
Zijn vader had hem bestemd voor een ambtelijke loopbaan, maar Ovidius vond die bestemming in de poëzie. Want, zoals hij zelf zei: “quidquid temptabam scrivere versus erat” (“Alles wat ik probeerde te schrijven werd een versregel”).


In zijn vroege jaren richtte hij zich op de liefdespoëzie. Van hem verschenen o.m. de ‘Amores’ (liefdesliedjes), de ‘Ars Amatoria ‘(de kunst der vrijage) en de ‘Remedia Amoris’ (hoe je er weer vanaf komt). Zijn grootste en bekendste werk vormen echter de Metamorphoses (gedaanteverwisselingen). De Griekse mythologie is vol van verhalen, waarin de goden in de gestalte van mensen of dieren optreden en waarin mensen tot goden of sterrenbeelden worden; de natuur was voor de Griek van levende krachten vervuld en in een boom, plant, dier of steen waaraan hem iets bijzonders opviel, kon de kracht van een eenmaal levende mens schuilen. In die algemeen bekende sagenschat vond Ovidius dan ook verhalen te over en hij heeft er in zijn Metamorphoses 250 van die verhalen tot één cyclus verwerkt. Het werk is op zijn beurt weer in latere tijden voor talloze kunstenaars tot grote bron van inspiratie geweest. Wie kent niet via de literatuur, muziek of beeldende kunst de verhalen over Orpheus en Eurydice, Pyramus en Thisbe, Daphne en Apollo, Daedalus en Icarus, Narcissus en Echo e.v.a.?

In 8 n. Chr. trof Ovidius het noodlot. Hij werd verbannen naar een van de ergste uithoeken van het Romeinse rijk, naar Tomi aan de westkust van de Zwarte Zee. De details van het drama zijn ons niet bekend. Ovidius zelf spreekt er in de werken die hij in die laatste jaren van zijn leven heeft geschreven, herhaaldelijk in bedekte termen over. Hij zegt dat ‘carmen et error’, een gedicht en een fout, schuld zijn aan zijn ongeluk. Hoewel hij steeds is blijven hopen heeft Ovidius Rome nooit meer terug gezien. In 17 n. Chr. is hij in Tomi gestorven. Het zal niet verbazen dat Sulmona een stedenband onderhoudt met het Roemeense Constanta, zoals Tomi tegenwoordig heet.